Verkeersveilige fiets (StVZO)

StVZO in één oogopslag: zo eenvoudig kunt u uw fiets veilig maken voor het verkeer

Fietsveiligheid gemakkelijk gemaakt

Eigenlijk weten de meeste mensen instinctief of op zijn minst grofweg wat er in een rijklare fiets zit: remmen, bel, verlichting, reflectoren - nog iets anders? Helaas letten maar heel weinig mensen er in het dagelijks leven echt goed op wanneer er iets kapot is of ontbreekt aan hun fiets, totdat het een probleem wordt, er een ongeluk gebeurt of ze worden onderworpen aan een bijzonder grondige politiecontrole. De technische details en kenmerken van een rijklare fiets zijn nauwkeurig geregeld in het Reglement Wegenverkeersregistratie (StVZO, niet te verwarren met het Wegenverkeersreglement – ​​StVO, dat verantwoordelijk is voor het dagelijks verkeer).

Zodat u zich niet door de droge paragraafteksten heen hoeft te werken, hebben wij hier de centrale regelgeving voor u samengevat en gaan we ook in op mogelijke boetes die kunnen ontstaan ​​bij overtredingen. In deze gids vindt u ook een excursie over verkeersveilige fietsen voor kinderen en een korte, praktische checklist waarmee u zeker weet of uw fiets rijklaar is of dat u bepaalde zaken nog moet aanpassen.

Inhoud

Wat telt volgens de StVZO eigenlijk als een fiets?

Volgens de StVZO worden alle voertuigen met ten minste twee wielen die door trappen worden voortbewogen, beschouwd als fietsen. Voor elektrische fietsen die trapondersteuning bieden tot 25 km/uur en een vermogen tot 250 watt hebben, gelden dezelfde regels als voor fietsen. Volgens de StVZO worden S-Pedelecs die trapondersteuning bieden tot een snelheid van 45 km/uur geen fietsen, maar bromfietsen en hebben ze een goedkeuring met exploitatievergunning en verzekeringsnummer nodig. E-bikes met een vermogen van meer dan 250 watt en een motor die ondersteuning biedt ongeacht het trapvermogen worden eveneens niet als fietsen beschouwd.

Benodigde uitrusting voor een rijklare fiets (StVZO)

Verkeersveilige fiets (StVZO): Gelabelde afbeelding van een fiets die over alle noodzakelijke uitrustingsdetails voor de verkeersveiligheid beschikt.

Voor een fiets die voldoet aan de verkeersveiligheidseisen is de uitrusting die op de afbeelding wordt uitgelegd vereist. © fahrrad.de

Veilig tot stilstand komen: de remmen

Rijklare fiets (STVZO): de remmenRijklare fiets (STVZO): de remmen

Het spreekt voor zich dat een rijklare fiets functionerende remmen heeft, maar dit moet toch worden benadrukt. In de StVZO staat expliciet dat elke fiets twee onafhankelijk van elkaar werkende remmen moet hebben. Het volgende is daarom niet toegestaan:

  • Een gecombineerde rem die tegelijkertijd op de voor- en achterwielen inwerkt
  • Stijve naven of fixies zonder extra remmen op beide wielen (meestal een velgrem)

Veel voorkomende remsystemen zijn velgremmen, schijfremmen (hydraulisch of mechanisch), terugtrapremmen en trommelremmen. Er is geen vereiste met betrekking tot welk remsysteem wordt gebruikt, alleen dat het, zoals bij alle voertuigen, "voldoende", "gemakkelijk te gebruiken" moet zijn en in staat moet zijn de snelheid te verminderen. Wie geen werkende remmen heeft, kan bij een verkeersstop een boete van 10 euro verwachten.

Zien en gezien worden: het verlichtingssysteem en de reflectoren

Verkeersveilige fiets (StVZO): verlichtingssysteem en reflectoren

§67 over “verlichtingsapparatuur op fietsen” is de meest uitgebreide, fietsspecifieke paragraaf. Tot op zekere hoogte is dit begrijpelijk omdat uw zicht en zicht op de fiets aanzienlijk bijdragen aan de veiligheid. Maar er bestaan ​​ook veel mythen en geruchten over lampen en verlichting op fietsen, of ze permanent geïnstalleerd moeten worden, welke functies ze moeten of mogen hebben, hoe fel ze schijnen enzovoort. Daarom hier een korte vergelijking van wat wel en niet mag.

De minimale uitrusting omvat:

  • Minimaal één witte koplamp aan de voorzijde, gemonteerd op een hoogte tussen de 40 en 120 centimeter boven de weg
  • Rood achterlicht aan de achterzijde, dat zich minimaal 25 en maximaal 120 centimeter boven de weg bevindt
  • Reflectoren of achterreflectoren: elk één in het wit voor de voorkant en rood voor de achterkant. Ze kunnen in de koplampen en achterlichten worden geïntegreerd, maar dat hoeft niet. Er zijn geen aparte rode en witte reflectoren nodig.
  • Fietspedalen: gele reflectoren naar voren en naar achteren gericht
  • In de lengterichting, op de voor- en achterwielen: ofwel doorlopende ringvormige witte reflectoren op de spaken, velgen of banden OF alle individuele spaken zelfreflecterend of met reflectorhulzen OF twee gele reflectoren elk 180 graden verschoven (de traditionele kattenogen)

Voor fietsverlichting

Rijklare fiets (StVZO): rode reflector aan de achterkantVerkeersveilige fiets (StVZO): spaakreflectorenRijklare fiets (StVZO): gele reflectoren op de pedalen

Niet elke lamp die u kunt kopen, is in Duitsland goedgekeurd voor het wegverkeer. Zorg er daarom voor dat de koplampen en achterlichten het golfvormige keurmerk van de Federal Motor Transport Authority (ook herkenbaar aan het K-nummer) hebben. De rode reflector moet een Z-reliëf hebben, omdat deze dan aan bepaalde eisen voldoet die hem tot een reflector met een groot oppervlak maken.

In tegenstelling tot wat vaak wordt beweerd, hoeven de lampen niet bij normaal daglicht te worden gedragen, maar zodra het donker wordt of de lichtomstandigheden beperkt zijn (dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als het regent), moeten ze worden ingeschakeld. Tijdens het gebruik moeten koplampen en achterlichten bovendien stevig aan de fiets zijn bevestigd, tegen verstellen beveiligd en te allen tijde gereed voor gebruik zijn. Het is dus niet voldoende om lampen simpelweg aan je rugzak, helm of elders op je lichaam te bevestigen, ook al verwachten veel mensen beter zicht vanuit de hogere positie. Wel kunt u hier extra lampen gebruiken, zolang de benodigde lampen op de fiets ingeschakeld zijn. Bij fietsen breder dan één meter moeten er meerdere koplampen en achterlichten gemonteerd worden.

Daarnaast zijn toegestaan:

  • Als energiebronnen: dynamo (bijvoorbeeld een dynamo, maar deze is niet meer nodig), accu, oplaadbare energieopslag, d.w.z. batterijen
  • Dagrijverlichting en grootlichtfunctie
  • Roodlicht-remlichtfunctie
  • E-bikes waarvan het verlichtingssysteem door de accu wordt gevoed, moeten ook als ze leeg zijn nog minimaal twee uur verlichting kunnen leveren

Het volgende is niet toegestaan:

  • Knipperende koplampen, achterlichten of spaakverlichting
  • Verblindend licht
  • Lampen die niet direct aan de fiets zijn bevestigd
  • Driehoekige rode reflectoren, waarschijnlijk omdat deze verward kunnen worden met waarschuwingsdriehoeken
  • Uitzonderingen voor racefietsen onder de 11 kilogram zijn niet meer toegestaan

Pas als hij volledig is uitgerust met lampen en reflectoren, is de fiets rijklaar volgens de StVZO-voorschriften. Als er een gebrek aan verlichting is of als de verkeersveiligheid daardoor in gevaar komt, kunnen boetes tussen de 20 en 35 euro verschuldigd zijn. Meer over de juiste verlichting op je fiets vind je in onze verlichtingsgids .

Ik hoor iets: de bel

Rijklare fiets (StVZO): de bel

Een fiets moet (minimaal) één ‘chilling bell’ hebben. Helder geluid is niet nader gedefinieerd, daarom is er geen minimaal volume waaraan moet worden voldaan bij het kopen van een fietsbel.

In §64a wordt echter ook vermeld dat “andere apparaten voor geluidssignalen” en wielkastbellen die continu rinkelen niet zijn toegestaan. Dienovereenkomstig zijn elektrische en bijzonder luide bellen verboden, hoewel deze nuttig kunnen zijn om indien nodig beter gehoord te kunnen worden in een auto en in druk verkeer.

Wie geen goedgekeurde bel of bel op de fiets heeft, kan bij een verkeerscontrole zelfs een boete van 15 euro krijgen.

Wetenswaardigheden over de StVZO

  • bestaat sinds 1937
  • De laatste herziening is in 2012 van kracht geworden
  • werd ook meerdere keren gewijzigd en aangepast
  • moeten worden overgebracht naar andere regelgeving en op termijn worden afgeschaft
  • §§ 63-67 gaat specifiek over fietsen

Fietsbellen


De verkeersveilige kinderfiets

Afhankelijk van de deelstaat zullen kinderen al op de basisschool kennis hebben van het verkeersverkeer en leren ze ook wat een fiets rijklaar en veilig maakt. Ook moeten de leerlingen de mogelijkheid krijgen om een ​​fietsexamen af ​​te leggen, hun eigen fiets te controleren op rijgeschiktheid en een felbegeerde sticker te ontvangen die ze met trots op het frame mogen plakken. Afhankelijk van de schoolsituatie vindt zo'n excursie ergens tussen het 3e en 4e leerjaar plaats. Maar veel kinderen zijn al dol op fietsen en zouden ongeacht schooltijd op een rijklare fiets moeten zitten.

De StVZO maakt qua berijdbaarheid geen onderscheid tussen kinder- en volwassenenfietsen. Kinder- en jeugdfietsen moeten daarom in principe aan dezelfde regelgeving voldoen wat betreft verlichtingsapparatuur, remmen en bellen. Maar er zijn bepaalde aanbevelingen buiten de StVZO-conforme voorziening die niet wettelijk verplicht zijn, maar toch nuttig zijn zodat kleuters en schoolkinderen veilig en zelfverzekerd de weg op kunnen. Trouw aan het motto: als je veilig wilt fietsen, oefen dan vroeg.

De remmen van de kinderfiets

Naast de technische kenmerken is het belangrijkste aan een verkeersveilige fiets voor kinderen de intuïtieve bruikbaarheid. Een terugtraprem in combinatie met een velgrem wordt meer aanbevolen, vooral voor jonge kinderen, omdat ze intuïtiever begrijpen dat achteruit trappen hen tot stilstand brengt als ze voorheen vooruit trapten. Bovendien voorkomt het gebruik van beide soorten remmen dat de kleintjes beide handremmen door elkaar halen of per ongeluk een van beide niet gebruiken. Helaas hebben terugtrapremmen de neiging het wiel te blokkeren als je krachtig achteruit trapt. De meeste kinderen oefenen echter niet zoveel kracht uit en komen langzaam maar krachtig tot stilstand met een terugtraprem.

Wanneer uw kind echter de neiging heeft om de terugtraprem met volle kracht te gebruiken of, tegen de verwachting in, dit soort remmen niet aankan, kunnen velgremmen met verschillend gekleurde remhendels de oplossing zijn. Het is belangrijk dat de rem soepel beweegt, maar niet blokkeert bij een overdosis.

Lampen die veel kunnen verdragen

Kinderen tot acht jaar moeten op de stoep rijden en worden officieel niet als verkeersdeelnemer beschouwd, terwijl vrijwel iedereen die te voet en op de stoep loopt, wel aan het verkeer deelneemt. Het is daarom raadzaam om kleine kinderen uit te rusten met fietsverlichting als de kans bestaat dat ze in de schemering op pad gaan, zodat ze al op jonge leeftijd kunnen wennen aan de uitrusting van een rijklare fiets.

De door de StVZO vereiste koplampen, achterlichten en reflectoren zijn ook verplicht op kinderfietsen als het kind deelneemt aan het wegverkeer. Maar ook hier is het belangrijk dat de lampen intuïtief en soepel werken. Veel kinderen vergeten de lampen echter snel of gaan ervan uit dat ze gezien zullen worden zolang ze zelf nog iets kunnen zien. Fietsen met naafdynamo kunnen daarom voordelig zijn, omdat ze altijd aangezet kunnen worden, zodat een kind ze niet kan vergeten.

Het is ook aan te raden dat de verlichting op kinderfietsen bijzonder robuust is, omdat kleintjes hun fiets af en toe laten crashen of onzorgvuldig neerzetten, waardoor sommige lampen snel kapot kunnen gaan of verloren kunnen gaan. Het is daarom raadzaam om regelmatig samen met het kind de veiligheid van de kinderfiets te controleren. Het geheel wordt dus een speelse routine.

De bel mag geen speelgoed zijn, maar kan toch leuk zijn

Kinderen zijn van tijd tot tijd luid en sommigen willen graag de aandacht op zichzelf vestigen. Het is erg handig dat een bel al tot de basisuitrusting behoort. Er zijn veel coole bellen en bellen met kindermotieven die het echt leuk maken om veilig te fietsen. Zelfs sommige volwassenen worden jaloers als ze alleen maar een saaie grijze of zwarte deurbel hebben. Na verloop van tijd moeten kinderen leren de bel specifiek te gebruiken om de aandacht in het verkeer op zichzelf te vestigen, om veiligheidsredenen.

Checklist: Verkeersveilige en StVZO-conforme fiets

Minimale uitrusting

  • Witte koplamp met keurmerk
  • Rood achterlicht met keurmerk
  • Witte frontreflector
  • Rode staartreflector (Categorie Z)
  • Antislippedalen met twee gele reflectoren die naar voren en naar achteren schijnen
  • Regelgevende reflectoren op beide wielen
  • Onafhankelijk werkende en volledig functionele remmen
  • Helder klinkende bel

Niet absoluut noodzakelijk, maar zeker nuttig:

  • helm
  • Slot
  • Achteruitkijkspiegel
  • indicator

Conclusie

Kortom, het is niet moeilijk om uw fiets rijklaar te maken. De voorschriften zijn soms ingewikkeld geschreven, maar uiteindelijk hoef je maar een paar dingen te volgen om je fiets veilig te maken volgens de StVZO. Voor een eenvoudig overzicht hebben wij hier een checklist voor u samengesteld.

Voor fietsaccessoires